Home |
Dit is de tweede pagina voor gedichten horend bij de reeks 'Vuile Handen Schone Wapens', een uitgave van gedichten en tekeningen (in wording), welke weer schitterend zal worden vormgegeven door Het Zinkend Schip! Mis de boot niet! Ga naar pagina 1 / Ga naar pagina 3 Hieronder de meest recent toegevoegde gedichten. Recentste bovenaan. Oud papier Wat bleef... De stemming De tanden van de beambte In opdracht Het opbouwen van schuld |
Oud Papier Er valt weer een rapport van een geleerde te lezen We horen dat hij schrijft dat grote twijfels zijn gerezen Gaat er wat veranderen? 't Is vernietigend als bommen! Zoveel cijfers en feiten, en tabellen en sommen De minister zal wel zeggen dat er iets aan wordt gedaan Een laaggeplaatste krijgt de bons – en dan een betere baan Of nog niet eens dat! Het is slechts voor 't oud papier Alleen maar weer beloftes, zo maakt men goede sier De minister speelt met termen, en bedankt de geleerde dat hij 't functioneren heeft verbeterd, zich niet tegen hem keerde En als dan na een tijdje weer de woede is gesust iedereen 't is vergeten, en iedereen gerust De minister en de geleerde, zij geven elkaar de hand We zijn weer in een tijdperk van ware vrede aangeland! Joke Kaviaar 6 augustus 2010 |
Wat bleef... Voor wie ergens alles achter zich liet Wat er nog was – Vader, moeder? Een massagraf? Een hut, een dorp? Verbrandde resten? Een stukje land, het graan, een geit? Stukgeschoten bruggen Het dreunen van de nacht Flarden van kruitdamp Voor wie alles ergens achterliet Herinneringen aan toen Een lang verschoten verleden dat vertrouwd was Het zinderen van de grond Hoe de zon onderging Waarvandaan de wind kwam De taal die iedereen sprak, verstond en begreep en het delen van de rijst Voor wie ergens alles achter zich liet Gekomen is naar een belofte van schamel spaargeld Te voet over een hel van bergen Wadend in hoge sneeuw Door elkaar geschud in het duister Gekropen door doornig struikgewas, en zo bereikte een grens aan het weggaan Voor wie alles ergens achterliet maar niet De schrik van een knal Bezweet ontwaken Omkijken, sluipen, verbergen Dat is er nog Niet alleen in dromen Zie, een hart kan men verliezen voor de liefde, voor de hoop, Maar verliezen kan men nooit de haat, de razernij Geen drank, pillen of drugs, niets brengt verlossing Alleen de dood Voor wie ergens alles achter zich liet die achtervolgd door die gedachte dat het achterlaten van 't leven nog alles is dat overblijft Voor wie alles ergens achterliet behalve die sporen – Verloren raken die nooit – Nog altijd geen horende oren Voor wie ergens alles achter zich liet is ook hier geen verlichting Geen verlichting van de angst die mee is getrokken Geen verlichting van de waanzin die achterna is gekomen Voor wie alles achter zich dacht te hebben gelaten is vooral het vechten meegekomen naar een land waar vrede zou heersen De belofte werd bedrog en voortgezet wordt onopgemerkt de oorlog tegen hen, en wij Wij tekenen ervoor Joke Kaviaar 3 augustus 2010 |
De stemming Er zijn er die moorden uit overtuiging Een reden hebben zij niet Wel een boek of geschrift bij de hand waarin beschreven staat op welke wijze de reine daad dient te worden uitgevoerd De executie, zo zeggen zij, vindt plaats met instemming van een bevoegd heer En zo raken velen overtuigd van de juistheid en de eerlijkheid van het stelen van de vrijheid en van het nemen van levens Zij stemmen met alles in dat voorgeschreven wordt en laten zich ermee vermaken Er zijn er die sterven door die overtuiging Spijt hebben zij niet van 't verlangen naar vrijheid dat in geen enkele staat wordt toegestaan, moet worden bevochten De revolutie, zo weten zij, krijgt nooit toestemming van een bevoegd heer Joke Kaviaar, 2 augustus 2010 |
De tanden van de beambte
Als een overheidsdienaar glimlacht wanneer hij namens zijn baas het woord voert, dan liegt hij Zijn lippen laten wel zijn blinkende tanden zien, maar dat is reclame We ruiken niet de tong die de konten heeft gelikt We horen niet het verzwijgen van de opstand, neergeslagen in zijn baas' opdracht door collega's van hem die geen naam hebben, laat staan gezichten, alleen nummers en maskers En zo zien we de één na de andere beambte verklaren in full color op breedbeeld televisie namens de staat dat er niet geslagen is dat er niet geschoten is dat de camerabeelden helaas verloren zijn gegaan Dat het slachtoffer erom gevraagd heeft Een gezagsdrager treft nooit blaam Die is aan de naamloze dode of aan iemand die je niet mag zien staan Telkens weer die wetmatige regels in de krant Vette inktkoppen die druipen van bloed: 'Er is niets aan de hand' Maar wordt er eens terug geslagen, gespuugd, gescholden, gejoeld, dan kan niet vaak genoeg de band worden terug gespoeld En weer liegt de ambtenaar in staatsnaam als hij glimlacht en stelt: 'Tot geweld hebben alleen wij het recht' Joke Kaviaar 31 juli 2010 |
In opdracht Als kind tekende ik al hokjes Vierkante hokjes, langwerpige hokjes Grote hokjes, kleine hokjes Ik verbond ze allemaal met elkaar, een aaneenvlechting van denkbeeldige ruimte, tweedimensionaal Ik stelde me voor dat het huizen zouden zijn, ontworpen door mij, voor mensen om in te wonen Mijn moeder vertelde trots aan ieder die het horen wilde dat haar zoon talent had en mijn vader, die klopte zich op de borst en riep vanaf 't balkon – hij die een eerzaam arbeider was, zo meende hij, nooit zijn taak verzaakte en menig steen op steen metselde – 'Mijn zoon, die wordt architect!' En zo kwam het, dat ik ging studeren en zo leerde ik dat ik kon bepalen hoe groot die hokjes mochten worden, in het echt! En hoe hoog, wat een dimensies! En dat die hokjes kamers werden en dat ik er deuren en ramen in moest tekenen, want de poppetjes, die moesten wel er in en er uit kunnen, wanneer zij dat wilden Toen kwam deze opdracht – Ik was reeds lang afgestudeerd In mijn naam werd al menig appartementencomplex, ziekenhuis, winkelcentrum en kantoorkolos neergezet, door mannen als mijn vader, die precies deden wat de tekeningen voorschreven, hun leven lang – Dit wordt mijn meesterwerk Nog nooit tekende ik zoveel kleine hokjes en deuren en ramen, lange gangenstelsels, ingenieus met elkaar verbonden Mijn opdrachtgever heeft mij verzekerd dat mijn naam hiermee vereeuwigd zal worden, gegraveerd in een plaquette aan de muur die het gebouw omringt, opgedragen aan de poorten die vanuit de controlekamer worden bediend, en de bewoners, die zullen me dankbaar zijn, zo verzekerde men mij, want hun veiligheid zou gewaarborgd worden door de vele camera's en de zware deuren en sloten En we dronken champagne bij het slaan van de eerste paal, het leggen van de eerste steen en meer champagne bij de ingebruikname en zo is het gekomen dat ik deuren heb getekend die alleen van buiten open kunnen, dat ik de bewoners tot verblijf heb gedwongen Nu blijkt dat die mensen mij niet dankbaar zijn, kan ik niet anders doen dan verwijzen naar de staat, mijn opdrachtgever, en naar mijn bankrekening. Joke Kaviaar 19 juli 2010 |
Het opbouwen van schuld Wat is het dat zo snijdt, als een scherp mes? Dat wonden nalaat die je eerst niet voelt? Je merkt het pas als je bloed ziet, druppels die het zwijgen toe doen langs de randen, schoon, ongerafeld Zou het stoppen, vanzelf, zonder naald en draad? Het lemmet, haar lengte, zegt dat dan niets? Verraadt het niet toch haar ware aard? Het zoeken moe, laat ons 't antwoord op de vraag maar rusten, neem de vliegen en de stank voor lief Ook zelf betalen we met dat mes, steken het in ons buidel, onze littekens, en Het is nooit genoeg Joke Kaviaar 18 juli 2010 |
back to begin Home |